Nergens is Hera (33) zo gelukkig als op de fiets. Tent, slaapmatje en kookgerei achterop en weg is ze. Tijdens haar grootste tocht fietste ze in 415 dagen door 28 landen.

Hera: “Een grote groep vrienden stond me uit te zwaaien toen ik op een mooie lentedag bij mijn ouderlijk huis in Tilburg vertrok. ‘Nou, ik ga dus naar China fietsen’ begon ik mijn afscheidsspeech. Ineens kreeg ik een brok in mijn keel. Ik dacht: Waar begin ik aan? China leek opeens zo ver weg. Hoe moest ik daar komen?”

‘Ik zou wel zien wat er op mijn pad kwam.’

“Natuurlijk had ik daar van te voren wel over nagedacht. Ik had globaal een lijn over de wereldkaart getrokken: via Duitsland, Polen en Tsjechië zou ik door Oekraïne, Rusland en Kazachstan naar China fietsen. Er zaten een paar highlights in mijn hoofd, zoals de Pamir highway in China – een van de hoogste wegen ter wereld. Verder zou ik wel zien wat er op mijn pad kwam. Gelukkig fietste mijn moeder die eerste dag met me mee naar familie in Limburg. Toen we de straat uit fietsten moest ik haar echt even vragen welke kant we op moesten: links of rechts?”

Alles ligt vast

“Mijn ouders hadden geen auto en mijn hele jeugd had ik een hekel aan onze eindeloze fietstochtjes. Als het even kon sprong ik op de bagagedrager. Pas op mijn negentiende realiseerde ik me dat een fiets veel meer kan zijn dan een praktisch middel om op school te komen. Een fiets geeft vrijheid. Ik worstelde in die tijd een beetje met de manier waarop wij in Nederland leven: er ligt zoveel van te voren vast, er zijn zoveel patronen en aannames over hoe je zou moeten leven. Ik vroeg me af: Waarom kan het niet anders? Ik wilde even weg uit die voorgekauwde wereld.”

‘Onderweg voelde ik me vrijer dan ooit.’

Hera haalde een oude landkaart van zolder, leende een fiets van haar moeder en trapte twee weken door Duitsland. “Onderweg voelde ik me vrijer dan ooit. Ik was aan niets of niemand gebonden, ik kon mijn eigen keuzes maken en mijn eigen tempo bepalen. Dat past bij mij. Er volgden tochten door Frankrijk en Italië en ik fietste een half jaar door Zuidoost Azië. Ik vond het fijn om los te komen van wat ik kende en me te laten inspireren door andere culturen. Het fietsen voelde zo goed dat ik in 2014 de huur van mijn appartement opzegde en bijna al mijn spullen weg deed. Ik heb alleen nog een paar dozen kleding en boeken bij mijn ouders staan. Dat jaar begon ik aan mijn grootste fietstocht ooit: ‘Naar China en verder’ luidde het plan.”

Warm onthaal

“Onderweg sliep ik in het tentje dat ik achterop mijn fiets had gebonden. Die zette ik op in the middle of nowhere zodat ik kon genieten van de natuur, of ik belde bij mensen aan met de vraag of ik in hun tuin mocht kamperen. Een mooie manier om tussen de locals te leven. Zo fietste ik door een woonwijk in Oekraïne toen er een vrouw naar buiten kwam lopen. Ik sprak haar aan en liet haar een briefje lezen waar in het Oekraïens de vraag op stond of ik in haar tuin mocht kamperen. Ze liep het huis in om haar moeder te halen, een enorme vrouw die mij meteen naar binnen riep.”

“Het grote gezin, inclusief oma’s en kinderen, leefde zichtbaar in armoede. Van de weinige spullen die ze hadden, was het meeste kapot en vies. Toch werd ik direct verwend met koffie en koekjes en in een oude Lada lieten ze me hun hele dorp zien, van de school van de kinderen tot de werkplek van de ouders. Na het avondeten maakten ze in de garage een fijn bedje voor me op, het kamperen in de tuin kwam niet meer ter sprake. De volgende ochtend hebben we samen ontbeten voordat ik weer verder fietste. Zo heb ik over de hele wereld bij talloze lieve mensen gedoucht, gedineerd, geslapen en gegeten.”

Met zenuwen de grens over

‘Overal zag ik zandzakken, autobanden en tanks om de grens af te bakenen. Stond ik daar in mijn uppie op mijn vakantiefietsje.’

“Hoe verder ik van Nederland af fietste, des te spannender ik het vond. Vooral toen ik in Oekraïne de grens overstak naar Rusland. Van grensovergangen word ik altijd zenuwachtig, waarschijnlijk omdat de mensen in het land daarvoor me elke keer weer vertellen hoe gevaarlijk het volgende land zal zijn. Blijkbaar is iedereen bang voor zijn buren. Rusland vond ik extra spannend, het voelde zo ver en onbekend en het land was op dat moment ook nog in oorlog met Oekraïne. Overal waar ik keek zag ik zandzakken, autobanden en tanks om de grens af te bakenen. Die plek was op dat moment veilig hoor, maar er was wel van alles aan de hand in het land. Stond ik daar in mijn uppie op mijn vakantiefietsje, vrolijk de wereld te ontdekken. Dat voelde zo onwerkelijk!

“Er was maar één manier om die zenuwen te overwinnen: niet teveel nadenken en gewoon gaan. Zodra de eerste mensen weer naar me zwaaiden en ik bij een winkeltje was geweest, was het oké. De mensen waren hier gewoon hetzelfde als in het land daarvoor, en het land daarvoor, en thuis.”

Normaal bestaat niet

“Onderweg begon ik me eigenlijk pas af te vragen waarom fietsen zo belangrijk voor me is. Het helpt me de wereld een stukje beter te begrijpen, weet ik nu. Ik ontmoet mensen van verschillende culturen en ik zie hoe zij leven en denken. Daardoor raak ik steeds meer vooroordelen en aannames kwijt over wat hoort.’

‘Ik heb me heus wel eens afgevraagd of ik niet beter ‘normaal’ kan doen, maar juist op reis leerde ik dat normaal niet bestaat’. 

‘Zelf ben ik voor Nederlandse begrippen ook ‘anders’. Ik heb geen gewone baan, geen relatie en geen huis. Ik heb me heus wel eens afgevraagd of ik niet beter gewoon ‘normaal’ kan doen, maar juist op reis leerde ik dat ‘normaal’ niet bestaat. Overal ter wereld leven en denken mensen anders en dat is allemaal oké. In mijn eentje de wereld over fietsen, daar word ik gelukkig van. Eenzaam of alleen voel ik me niet, eerder vrij en onafhankelijk. Ik kan het goed met mezelf vinden. Natuurlijk mis ik het gezelschap van Nederlandse vrienden en familie wel eens, maar als ik weer thuis ben logeer ik bij hen en zie ik ze dus extra veel. Wat mij betreft gaat kwaliteit in die relaties boven kwantiteit.”

Klemgereden in Bali

“Na Rusland bereikte ik Kazachstan en Kyrgyzstan, daarna trok ik in Tadzjikistan het Pamir-gebergte in, één van de meest afgelegen gebieden ter wereld. ‘Waarom zou je dat doen, als vrouw alleen?’ vragen mensen me wel eens. ‘Dat is toch levensgevaarlijk?’ Ik realiseer me heel goed dat ik kwetsbaar ben in mijn eentje en natuurlijk ben ik wel eens bang. Toen ik tegen het einde van mijn reis in het Oosten van Bali fietste, bijvoorbeeld. Ik had een paar toeristenplaatsjes gepasseerd waar iedereen komt om te snorkelen. Op de plek waar de meeste toeristen omkeren, besloot ik door te fietsen.”

‘Mijn hart bonsde in mijn keel maar ik probeerde kalm te blijven.’

“Na een paar kilometer voelde ik me niet meer op mijn gemak in de verlaten jungle-omgeving. Het leek wel alsof iedereen die ik tegenkwam dronken was. Op dat moment doken er achter me twee scooters op. Twee jongens reden me klem en zeiden dat ze seks met me wilden. Mijn hart bonsde in mijn keel maar ik probeerde kalm te blijven. Hard en duidelijk zei ik dat ze weg moesten gaan maar ze bleven aandringen. Wat voelde als een eeuwigheid, duurde in werkelijkheid zo’n vijf minuten. Toen dropen ze af. Ik ben direct omgedraaid, die drukke toeristenplaatsjes achter me spraken me opeens weer heel erg aan.”

“Toch weerhouden dit soort ontmoetingen mij er niet van om op mijn fiets te stappen. Dat komt omdat de fijne ontmoetingen veruit overheersen. Ik wil me niet laten leiden door angst. ‘Moed is niet de afwezigheid van angst, maar het besluit dat er iets anders belangrijker is dan die angst’ las ik ooit. Ik ben nergens zo gelukkig als op de fiets, dat is voor mij het belangrijkste. En voor het geval die wijsheid tekort schiet, heb ik altijd een busje pepperspray bij me.”

Zeven euro per dag

“Mensen thuis zetten wel eens hun vragentekens bij mijn levensstijl. ‘Het is vast een fase’ zeggen ze dan. Of: ‘Later betaal je er de prijs voor dat je nu niet investeert in je toekomst.’ Over die toekomst maak ik me niet zo druk. Ik leef nu. Een CV hoef ik ook niet op te bouwen want voor een baas werken past niet bij mij, dus ik verwacht niet dat ik ooit een ‘normale’ baan wil. Op dit moment verdien ik mijn inkomsten met mijn blog en de lezingen die ik geef over mijn levensstijl. Daarnaast word ik gesponsord in mijn materieel. Ik leef eenvoudig dus veel geld heb ik niet nodig onderweg: 7 euro per dag, rekende ik eens uit. Als ik alles meereken – de vluchten, de visa en de verzekeringen – kom ik op 17 euro per dag uit. Zoals het er nu naar uit ziet, blijf ik de komende jaren dan ook lekker fietsen.”

Volg Hera’s avonturen op Heravanwillick.nl

Meer verhalen lezen van mensen die bijzondere levenskeuzes maken? Volg Trant op Facebook of Twitter of schrijf je in voor de nieuwsbrief.